China
Traditie
In China wordt vaak nog sterk vastgehouden aan de opvatting dat koning Wen de zogenaamde Oordelen van de Yijing schreef, en dat een van zijn zoons, de hertog van Zhou, de lijnteksten schreef; zelfs veel moderne wetenschappers en schrijvers durven deze traditionele visie niet los te laten. Koning Wen en zijn zoon zijn historische voorbeeldfiguren geworden, en in veel romans, met name de beroemde Fengshen Yanyi, ‘Schepping der Goden’, worden hun daden en karakter geroemd. Het loslaten van de traditionele visie zou inhouden dat een van de belangrijkste boeken van China niet op hun conto kan worden geschreven, en hiermee zouden ze een stukje status verliezen. Hieraan toegeven is voor de meeste Chinezen moeilijk.
Confucius
Wat hierbij meespeelt, is de hardnekkige aanname dat Confucius, de belangrijkste wijsgeer van China wiens doctrines het staatsbeleid voor eeuwen hebben bepaald, de Yijing bestudeerde en er toelichtingen over heeft geschreven. Dit wordt als feit aangenomen, maar veel grond is hier niet voor te vinden. In zijn tijd stond de Yijing hoog in aanzien als waarzeggersboek aan de hoven van de koninkrijken waar China toen nog uit bestond. Het boek werd beschouwd als een hulpmiddel van voorouders en geesten, die het boek zouden gebruiken als medium voor het doorgeven van hun wensen en adviezen. “Respecteer de geesten, maar houd ze op een afstand” is een uitspraak van Confucius, en met het raadplegen van de Yijing zou je ze wel erg dicht op de huid zitten. Confucius zocht als adviseur een betrekking aan het hof, en wellicht dat de Yijing dan een geduchte concurrent voor hem was. In ieder geval is de filosofie van verandering zoals we die in de Yijing vinden moeilijk te verenigen met de conservatieve denkwijzen die Confucius er op nahield. Maar zeggen dat Confucius de Yijing niet bestudeerde wordt in China doorgaans nog beschouwd als een ketterse gedachte.
Westerse studies
De studies die een ander tijdvak dan dat van koning Wen aanwijzen als de tijd waarin de Zhouyi, de basistekst van de Yijing, is geschreven, komen dan ook vooral uit het Westen. Als we deze studies – die zich vooral bezig houden met het taalgebruik in de Yijing – naast elkaar leggen, dan zien we dat het ontstaan van de Zhouyi wordt geschat rond 800 v. Chr.
Opgegraven en aangekochte Yijing-versies
Tot begin jaren zeventig was er feitelijk maar één versie van de Yijing bekend, een versie die niet verder terugging dan de Han-dynastie (206 v.Chr. – 220 na Chr.). De afgelopen veertig jaar is dit drastisch veranderd doordat er bij verschillende opgravingen en aankopen op zwarte markten andere, oudere exemplaren van de Yijing zijn gevonden. We laten deze hier even de revu passeren.
De Mawangdui Yijing
In 1973 werd er bij het gehucht Mawangdui, in de buurt van de grote plaats Changsha, een versie van de Yijing gevonden. Het boek bevat de basistekst met de 64 hexagrammen, maar ook vijf verschillende commentaren, waarvan er vier niet eerder bekend waren. Tekstueel verschilt de MWD-versie niet zoveel van de huidige Yijing. Sommige karakters zijn wel anders, maar in grote lijnen verandert er qua betekenis niet veel. Anders ligt het met de volgorde van de hexagrammen. Deze is in de MWD-versie totaal anders, met een duidelijk systeem eraan ten grondslag. Er is wel geopperd dat dit de oorspronkelijke volgorde van de hexagrammen zou zijn, maar dat is onwaarschijnlijk. Er zijn namelijk veel paren van hexagrammen die niet alleen qua opbouw maar ook wat de tekstuele inhoud betreft bij elkaar horen (zie bijvoorbeeld de tekst van hexagrammen 11 en 12, 41 en 42, let ook op de lijnteksten). In de MWD-versie zijn deze hexagrammen uit elkaar gehaald. Het is mogelijk dat de volgorde is veranderd om het opzoeken van een hexagram te vergemakkelijken. De MWD-tekst is gedateerd rond 168 v.Chr.
De Fuyang Yijing
De volgende belangwekkende vondst werd gedaan in 1977, toen in de provincie Anyang, in het Fuyang-disctrict, een graf werd gevonden met documenten op bamboe. De Yijing die hier bij zat is door knullig opgravingswerk geheel versplinterd aan de oppervlakte gekomen (zie afbeelding). Wat er van over is gebleven laat een tekst zien die grotendeels met de ons bekende Yijing overeenkomt, maar ook interessante toevoegingen kent waarin wordt verteld hoe een hexagram- of lijntekst geduid zou moeten worden bij bepaalde onderwerpen zoals bijvoorbeeld het weer. De Fuyang Yijing is gedateerd op 165 v.Chr.
De Wangjiatai Guicang
Oude documenten maakten al vroeg in de geschiedenis van China gewag van andere divinatieboeken dan de Yijing, welke ook hexagrammen zouden gebruiken: de Lienshan en de Guicang. Deze verhalen werden afgedaan als verzinsels; er was nooit een exemplaar van de Lienshan of de Guicang gevonden; het enige wat bestond waren een paar citaten en meer niet, en deze werden als vervalsingen gezien. Wat betreft de Guicang veranderde dit toen in 1993 bij het dorpje Wangjiatai in de provincie Hubei een exemplaar van dit boek werd opgegraven. De gevonden tekst kwam grotendeels overeen met de bekende citaten. Deze versie van de Guicang wordt gedateerd rond 250 v.Chr. Vanwege de fragiele staat van de bamboelatjes worden ze permanent in vloeistof bewaard. Foto’s van het manuscript zijn nooit gepubliceerd.
Het Shanghai Museum manuscript
In 1994 liep liep conservator Pu Maozuo van het Shanghai Museum over de zwarte markt in Hong Kong, en hij zag dat iemand een flinke hoop bamboedocumenten te koop aanbood. Het schrift op de bamboelatjes leek sterk op de eerder gevonden manuscripten uit Guodian. Pu kocht de hele hoop ongeorganiseerde bamboelatjes in een keer op, en nam ze mee naar het museum om ze daar uit te zoeken. Tussen de talloze bekende maar ook onbekende documenten die hij kon herkennen, vond hij een gedeelte van de Yijing. Ook deze versie wijkt net als de Mawangdui Yijing tekstueel iets af van de huidige versie. Interessant is echter dat in de Shanghai-versie de hexagrammen gesplitst worden in trigrammen. Dit weerspreekt de aanname dat het gebruik van trigrammen pas tijdens de Han-dynastie zou zijn uitgevonden. Het Shanghai Museum manuscript wordt gedateerd rond 300 v.Chr.
Bovengenoemde vondsten zijn door Yijing-kenner en sinoloog Edward L. Shaughnessy vertaald en uitgebreid toegelicht in I Ching – The Classic of Changes (MWD Yijing) en Unearthing the Changes (de andere archeologische vondsten).
Tot slot
De archeologische vondsten leren ons dat de tekst van de Yijing vóór de Han-dynastie geenszins vaststond; het lijkt er zelfs op dat elke regio zijn eigen versie had van het boek. Pas sinds de Han-dynastie werd het boek gecanoniseerd, en werd de Yijing het boek zoals we het nu nog kennen.