Yijing in het Westen

Door de Jezuïeten die in de 17de eeuw naar China trokken om zieltjes te winnen, kwam ook de Chinese literatuur naar het Westen. De Yijing hoorde daar in eerste instantie niet bij, want dit boek was zo raadselachtig en werd onvertaalbaar geacht. Omdat veel Jezuïeten wel het belang onderkenden werd door sommigen toch begonnen met een voorzichtige vertaling in het Latijn. Hieronder een overzicht van de mensen die de Yijing in het Westen onder de aandacht hebben gebracht.

1600 –

Philippe Couplet
De eerste vertaling van gedeeltes van de Yijing werd gemaakt door de Vlaamse Jezuïet Philippe Couplet (1623-1692). Zijn werk Confucius Sinarum philosophus bevatte een vertaling van hexagram 15, ‘Bescheidenheid’. Naast een korte uitleg over de inhoud van de Yijing was dit het enige wat er van de Yijing terug te vinden was.

Joachim Bouvet
Rond dezelfde tijd leefde Joachim Bouvet (†1732), en hij was helemaal gebiologeerd door de Yijing. Als Jezuïet vond hij de Yijing interessant omdat hij vele figuren uit de bijbel terugvond in de Yijing. Termen als ‘de edele’, ‘de grote man’ verwezen volgens hem naar de Messias. Hij maakte, onder leiding van keizer Kang-xi, een diepgaande studie van de Yijing, hoewel hij zich nooit waagde aan een vertaling. Het bleef bij een kort essay in het Latijn.

Claude de Visdelou
Een tijdgenoot van Bouvet, Claude de Visdelou (1656-1737) werd op late leeftijd door de paus gevraagd hoe op te treden tegen het figurisme wat Bouvet en zijn aanhangers voorstonden. Hiervoor schreef Visdelou een notitie over de Yijing in het Frans, met daarbij een vertaling van wederom hexagram 15. Dit zou de eerste vertaling van een stuk Yijingtekst in een Westerse taal zijn.

1700 –

Jean-Baptiste Régis
Rond 1700 maakte Joseph de Mailla (1669-1748) een eerste voorlopige vertaling van de Yijing. Hier werd historisch materiaal en uitleg van Pierre du Tartre (1669-1724) aan toegevoegd. Het geheel werd uitgebreid en geredigeerd door Jean-Baptiste Régis (1664-1738) en voltooid in 1736. Het werd echter pas een eeuw later uitgegeven door de Duitser Jules Mohl (1800-1876) als Y-King antiquissimum Sinarum liber.

1800 –

Thomas mcClatchie
Het zou betrekkelijk lang duren voor er weer een vertaling van de Yijing verscheen. In 1876 publiceerde Thomas mcClatchie (1814-1885) de eerste Engelse vertaling van de Yijing. In zijn tijd werd hij hard uitgelachen omdat hij in de yin- en yanglijnen van de Yijing de geslachtsorganen van man en vrouw zag. Chinezen zouden dit echter niet raar vinden.

Angelo Zottoli
Vlak na de Engelse vertaling van mcClatchie volgde nog een Latijnse versie van stukken Yijing-tekst van de Jezuïet Angelo Zottoli (1826-1902). Hij vertaalde Hexagram 1 t/m 6, 15 en 33, en gedeeltes van de Tien Vleugels.

James Legge

James Legge
Grote vooruitgang werd geboekt met de vertaling van de missionaris James Legge (1815-1897) in 1882. Door de uitgebreide inleiding en de overvloedige toelichtingen werd eindelijk de positie van de Yijing in China duidelijk en in detail uitgelegd. Legge had echter geen affiniteit met het onderwerp, en weigerde de divinatorische waarde van het boek te zien. Voor hem was het een filosofisch boek, meer niet.

Paul Louis Felix Philastre
Kort na Legge’s vertaling verscheen de Franse Yijingvertaling van Paul Louis Felix Philastre (1837-1902) in 1885, dit zou de standaard Franse vertaling worden.

Monseigneur le Chevalier Charles de Harlez de Deulin
In 1889 verscheen een volgende Franse vertaling, ditmaal van Charles de Harlez (1832-1899). Hij beschouwde de Yijing als een woordenboek van – jawel – 64 woorden, met de lijnteksten als voorbeelden voor het woordgebruik of uitleg van het woord. Een visie die nauwelijks steun heeft ondervonden.

Albert Etienne Jean Baptiste Terrien de Lacouperie
In 1892 publiceerde Albert Terrien de Lacouperie (1845-1894) gedeeltelijk een versie in het Engels: The oldest book of the Chinese. Terrien de Lacouperie maakte, overigens net als Legge, onderscheid tussen de basistekst van de Yijing en de Tien Vleugels, en onderscheidde hij verschillende lagen in de tekst, veertig jaar voordat de Russische sinoloog Shchutskii daar bekend mee werd.

Thomas Kingsmill
Een goede kennis van mcClatchie, de Engelse architect Thomas Kingsmill (1837-1910) publiceerde in het tijdschrift China Review 1894-1895 het artikel “The construction of the Yi King”. Het veegde de vloer aan met de traditionele Confucianistische opvattingen over de Yijing.

1900 –

Richard Wilhelm

Richard Wilhelm
Geen ander heeft zo veel voor de bekendheid van de Yijing in het Westen betekend dan Richard Wilhelm (1873-1930). Sinds zijn Duitse vertaling uitkwam in 1924 heeft het snel de wereld veroverd en is het in vele talen vertaald. De Nederlandse vertaling is bij Ankh-Hermes Deventer verschenen. Wereldwijd is de Yijing van Wilhelm nog steeds de meest gebruikte. Net als Legge vertaalde Wilhelm de Yijing inclusief de Tien Vleugels, maar koppelde hij deze los van de oorspronkelijke tekst, iets wat zeer on-Chinees is maar het boek wel overzichtelijker maakt.
Een biografie van Wilhelm is verschenen in het boek Verandering en Duur in de I Tjing.

Han Boering
Voor de studie van de Yijing in Nederland en België heeft Han Boering (1943-2015) een essentiële rol vervuld: zijn Yijing-vertaling De I Tjing voor de 21ste Eeuw, welke de confucianistische onderlaag van Wilhelm’s Yijing achterwege laat, bevat uitgebreide toelichtingen en biedt uniek materiaal voor verdere studie. De combinatie met zijn boek I Tjing Essenties is Han’s nalatenschap aan de Nederlandse Yijing-gebruikers en deze vindt zijn gelijke niet in de mondiale Yijing-wereld.

Reacties zijn gesloten.