Hoe belangrijk is de Yijing in het daoïsme?

Ik hoor vaak dat de Yijing een daoïstisch boek is, onder andere vanwege de nadruk welke er in de Tien Vleugels op het Dao 道, ‘de Weg’ wordt gelegd. Nu is het Dao een concept wat niet alleen binnen het daoïsme wordt gebruikt; ook binnen het confucianisme speelt het een belangrijke rol. Dat de Tien Vleugels het hebben over het Dao betekent dus niet automatisch dat de Yijing een daoïstisch boek is. De inhoud van de Tien Vleugels is een mix van verschillende teksten en bronnen welke soms een meer daoïstische inslag hebben en soms een meer confucianistische inslag, hoewel we goed moeten beseffen dat die twee labeltjes ten tijde van de compositie van de Tien Vleugels nog niet bestonden. Prof. Louis Komjathy is heel stellig in zijn opvatting over de positie van de Yijing in het daoïsme:

De Yiing 易經 (Boek der Veranderingen) is geen daoïstische tekst. Het dateert van vóór verschillende, inheemse culturele tradities zoals confucianisme en daoïsme. Vanuit een traditioneel Chinees perspectief is het een van de zogenaamde “Vijf Klassieken” van het klassieke confucianisme. Door de Chinese geschiedenis heen hebben sommige daoïsten de kosmologie van de Yijing bestudeerd en de trigrammen en hexagrammen gebruikt als een symbolensysteem, vooral voor externe en interne alchemie. Interesse in de Yijing en hexagrammen/trigrammen maakt je echter geen daoïst.

– ‘Common Misconceptions Concerning Daoism (Taoism)’, p. 5

De Yijing is dus niet per sé een daoïstisch boek, en hiermee hebben we gedeeltelijk al een antwoord op de vraag hoe belangrijk de Yijing is binnen het daoïsme: als het niet wordt gezien als een daoïstisch boek pur sang, dan zegt dat iets over de status van de Yijing binnen het daoïsme.

Dit zien we terug in de verschillende uitgaven van de Daozang 《道藏》, het volumerijke compendium van daoïstische geschriften welke doorgaans in opdracht van een keizer werd samengesteld. De Daozang bevat maar een paar boeken die direct over de Yijing gaan, en sommige van die titels hebben weinig te maken met daoïstische principes, zoals bijvoorbeeld de Yilin 《易林》 van Jiao Yanshou 焦延壽 (eerste eeuw v.Chr.) of the Huangji Jingshi 《皇極經世》 van (nota bene) neo-confucianist Shao Yong 邵雍 (1011-1077). Over een van de titels in de Daozang, de Yiwai biezhuan 《易外別傳》 van Yu Yan 俞琰 (1258-1314) zegt Marc Kalinowski,

Deze toelichting bevat beslist daoïstische elementen maar de algemene richting is Confuciaans, zoals blijkt uit de vele verwijzingen naar de theorieën van Shao Yong, Zhu Xi (1130-1200) en anderen.

– Kristofer Schipper (ed.), The Taoist Canon, vol. 2, p. 764

Wel zijn er in de Daozang talloze titels gewijd aan de Zhouyi Cantong Qi 《周易參同契》, een beroemd boek over het beoefenen van neidan 內丹 innerlijke alchemie, waarin flink gebruik wordt gemaakt van de trigrammen. Vanwege die trigrammen wordt de Cantong Qi nog wel eens aangehaald om aan te tonen hoe relevant de Yijing is binnen het daoïsme. Dat snijdt echter niet veel hout, want de Yijing is méér dan alleen de trigrammen: als je het over de Yijing hebt dan heb je het ook over de Oordeel- en lijn-teksten, en eventueel de teksten uit de Tien Vleugels. Met alleen de acht trigrammen heb je nog niet de Yijing te pakken. 

Een paar weken terug was ik bij het tweedaagse symposium ‘Divination in Chinese Religions’ van het IKGF in Erlangen. Dr. Barbara Hendrischke gaf een korte presentatie over de Yijing in daoïstische rituele tradities, en tijdens de koffiepauze, voor ze haar presentatie gaf, zei ik tegen haar dat ik niet de indruk had dat de Yijing nou zo’n belangrijke rol had binnen het daoïsme. Ze hoopte dat ze me van het tegendeel kon overtuigen, zei ze. Daarin is ze niet geslaagd: haar presentatie ging over de toepassing van de acht trigrammen bij rituelen als ‘De Stappen van Yu’ (Yubu 禹步). Maar dan heb je het niet over de Yijing. Dan heb je het over de acht trigrammen. In de nieuwsbrief van de Vrienden van Stichting Yijing Studies zal ik uitgebreid verslag doen van het hele symposium.

Hoe zit dat dan met The Taoist I Ching (De Innerlijke I Tjing)?
We moeten dus niet denken dat de Yijing een belangrijk geschrift is binnen het daoïsme. Dat betekent echter niet dat er geen daoïsten waren die de Yijing bestudeerden en becommentarieerden. Door het werk van Thomas Cleary zijn we bekend geraakt met de neidan boeken van daoïst Liu Yiming 劉一明 (1734-1821), en een van die boeken is de Zhouyi Chanzhen 《周易闡真》, ‘Waarachtige Uitleg van de Zhouyi’.  Hierin interpreteert Liu de hexagrammen en de tekst van de Yijing in het licht van daoïstische transformatie vanuit de Longmen 龍門 traditie. De Zhouyi Chanzhen is door Cleary vertaald als The Taoist I Ching. Harry Schippers heeft hier in 2008 een vertaling van gemaakt onder de titel De Innerlijke I Tjing. De Zhouyi Chanzhen is Liu’s persoonlijke visie op de Yijing en is geenszins representatief voor de visie op de Yijing binnen het daoïsme, noch was het invloedrijk binnen deze filosofie. Dat zou ook moeilijk kunnen omdat het boek relatief laat is geschreven, namelijk in 1799. De Engelse titel The Taoist I Ching is hiermee enigszins misleidend, omdat er niet zoiets bestaat als een daoïstische Yijing.

Zorgwekkender is wellicht dat het werk van Cleary, door gebrek aan onderbouwing maar ook door klungelig vertaalwerk, met moeite het oorspronkelijke gedachtengoed van Liu Yiming overbrengt. The Taoist I Ching staat bol van fouten die het moeilijk maken om de werkelijk bedoelde neidan principes in het boek te ontdekken. Er zijn veel belangrijke nuances die de onwetende lezer zullen ontgaan, maar die nou net van wezenlijk belang zijn om het boek op juiste waarde te kunnen schatten. Onvergeeflijk is m.i. de keuze van Cleary om niet de inleiding uit Liu Yiming’s Zhouyi Chanzhen te vertalen. Deze inleiding, inclusief begeleidend beeldmateriaal, geeft de basis vanwaaruit de rest van het boek begrepen kan worden. Zonder die inleiding, de plaatjes en andere extra toelichtingen zullen essentiële boodschappen uit de tekst verborgen blijven. Een goed voorbeeld hiervan is de tekst bij de derde lijn van hexagram 15. Ik geef hieronder het Chinese origineel, met daaronder de (Engelse) vertaling van Cleary, gevolgd door de Nederlandse versie van Harry Schippers:

以一陽而居於群陰之中,能以謙道點化群陰,是謂勞謙也。
With one yang dwelling in the midst of a group of yins, it is possible to convert the yins by way of humility. This is called working with humility.

Met één yange lijn midden tussen yinne lijnen in:
is het met bescheidenheid mogelijk de yinnen lijnen te veranderen.
Dit wordt bescheiden werken genoemd.

‘Convert’ (‘veranderen’ in de Nederlandse versie) geeft een volledig verkeerd idee van het woord dianhua 點化. Prof. Fabrizio Pregadio zegt over dianhua:

In de Westerse alchemie duidt de term “projectie” het proces aan waarbij een kleine hoeveelheid elixer zijn eigenschappen overbrengt aan elke substantie die eraan wordt toegevoegd. Dit begrip komt overeen met de Chinese term dianhua, waar hua “transmutatie” en dian letterlijk “één stip” betekent, dus “transmuteren met een kleine hoeveelheid”.

Zoals je ziet past deze beschrijving heel goed bij het thema van ‘één yang binnen een groep yin‘.

“(…) Latere alchemisten, geassocieerd met zowel waidan als neidan, breidden het begrip dianhua uit door dian te zien als het “deeltje” van de prekosmische oorspronkelijke Pneuma (yuanqi) die in de kosmos in de loop van de tijd circuleert. Dit deeltje wordt weergegeven door de ononderbroken lijn van de Yijing, en de cycli van stijgen en dalen worden geïllustreerd door de twaalf “primaire hexagrammen” (bigua 辟 卦) die een volledige tijdsequentie weergeven (in het bijzonder de twaalf dubbele uren van de dag, en de twaalf maanden van het jaar.) Alchemisten markeren het patroon van hun praktijk volgens die cycli, waarbij ze de twaalf trigrammen [sic HM] gebruiken om het patroon van het stookproces in waidan en van de verfijning van de primaire componenten van de persoon in neidan vast te stellen. Dit stelt hen in staat om de ingrediënten van het uiterlijke of innerlijke elixer terug te brengen naar hun prekosmische toestand. Zodra het elixer is verkregen, worden de hele mens en de hele kosmos getransmuteerd. “

– Fabrizio Pregadio, Encyclopedia of Taoism, p. 357-358

Dit is het soort achtergrondinformatie dat je nooit zult vinden in de vertalingen van Cleary, maar die essentieel is om de tekst goed te begrijpen. In het daoïsme verwijst dianhua ook naar ‘de juiste weg wijzen’ (‘道教 指點 物 成 金’). Het woord dianhua komt twaalf keer voor in Liu’s boek dus goed begrip ervan kan op die plekken de tekst duidelijker maken.

謙而至勞,其德日大,其心日小.
Being humble and hardworking, one’s virtue grows daily, while one’s consciousness of it shrinks daily.

Als je bescheiden bent en hard werkt, dan wordt je met de dag deugdzamer en neemt je bewustzijn daarover even snel af.

Het gaat bij deze lijn niet louter om ‘hard werken’: zhi 至 geeft aan dat je dat wat erna volgt (lao 勞, ‘werken’, meestal fysieke arbeid) tot het uiterste doet – je zoekt de grenzen van je kunnen en mogelijkheden op maar toch blijf je bescheiden.

Xin 心 is net als dianhua een belangrijk concept binnen het daoïsme dus het is belangrijk te weten wat hier binnen het daoïsme onder wordt verstaan. Nog belangrijker is te weten wat de auteur Liu Yiming er mee bedoelt. In zijn inleiding gaat Liu uitgebreid in op de betekenis van xin zodat je voor de daarna volgende hoofdstukken goed begrijpt waar hij het over heeft als hij praat over xin. Maar Cleary en Schippers hebben niet die inleiding vertaald, waardoor de complete betekenis wordt gemist. ‘Consciousness’ (‘bewustzijn’) dekt niet die lading zoals die in Liu’s inleiding wordt genoemd. Isabelle Robinet zegt over xin:

Als hart-geest is xin het centrum van de mens en de meester van het hele lichaam. Het lichaam en de hart-geest kunnen niet van elkaar gescheiden zijn, net zoals een heerser niet kan bestaan zonder onderdanen, en vice versa. Zolang de xin rustig is, leeg en evenwichtig, bewaakt het de hemelse en spirituele energieën en zorgt het voor een lange levensduur, en interne zowel als externe harmonie. Daarom moet men zijn xin “leegmaken”  (xuxin 虛心)  of “zonder” xin zijn (wuxin 無心), d.w.z. zonder opzettelijke verlangens of gedachten die afwijken van de natuurlijke loop van dingen.

– Encyclopedia of Taoism, p. 1100

Dit hele veld aan betekenissen vind je niet terug in Cleary’s vertaling. En dit zijn nog maar een paar voorbeelden.

Resumerend: de Yijing in zijn geheel speelt een marginale rol in het daoïsme, maar de trigrammen worden binnen vele deelgebieden praktisch toegepast. The Taoist I Ching (‘De Innerlijke I Tjing‘) van Cleary geeft niet een accuraat beeld van de positie van de Yijing binnen het daoïsme, ook omdat de vertaling op veel punten ofwel fout, danwel niet onderbouwd is.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.